De Wet Collectieve Warmtevoorziening (WCW) heeft veel inzet gevraagd en blijft ook het komende jaar onder onze aandacht. Het is een complex dossier en het is belangrijk om helder te hebben wat het standpunt van de G40-Steden is. We zetten ons in voor de lobby aan verschillende tafels. Om die reden hebben we een position paper opgesteld over dit onderwerp. Deze werd toegelicht en besproken tijdens de bestuurlijke verdiepingssessie op 17 november.
In oktober van dit jaar informeerde Minister Jetten de Tweede Kamer over zijn definitieve besluit voor de publieke marktordening voor collectieve warmtevoorzieningen. De wijze waarop dit wordt vormgegeven wordt verder uitgewerkt in het wetsvoorstel. Uitgangspunt is dat de warmte-infrastructuur uiteindelijk voor meer dan 50 procent in handen komt van publieke entiteiten. Tot circa 2031 geldt een ingroeiperiode, waarin gemeenten nog warmtebedrijven kunnen aanwijzen die niet voldoen aan de vereisten als er geen publieke partijen beschikbaar zijn. Daarna moeten gemeenten partijen aanwijzen die aan de vereisten voldoen. Er komt een overgangsperiode voor bestaande netten, zodat private warmtebedrijven hun investeringen kunnen terugverdienen. Op deze wijze wordt voorkomen dat private warmtebedrijven acuut stoppen met investeringen terwijl de publieke entiteiten nog niet bestaan.
De G40 juicht deze keuze toe en zet zich in voor de volgende punten:
Zie ook: themagroep Duurzaamheid