De opgaven waarmee G40 gemeenten met het sociaal domein aan de slag moeten. Op 1 juli hebben de nieuwe wethouders al in de themagroep Zorg, Jeugd en onderwijs kennisgemaakt met de propositie ‘De winst van het sociaal domein’. Boodschap is dat gemeenten met deze propositie een drietal majeure opgaven moeten aanpakken:

  • Bestaanszekerheid herstellen,
  • Gezond leven mogelijk maken en
  • kansengelijkheid bevorderen.

Denken in termen van opgaven geeft andere vertrekpunten voor de eigen lobby en behartiging dan de stelselbenaderingen waar de departementen meekomen. Maar welke vertrekpunten dan precies? Daar is in de themagroep in een drietal groepen uitgebreid over van gedachten gewisseld. Wat moet er op korte en langere termijn gebeuren? En hoe dat aan te pakken? In elke groep is flink gediscussieerd en valt flink wat opbrengst te noteren.

Verkiezing van een voorzitter
De verkiezing van de voorzitter van de themagroep is uitgesteld naar een volgende bijeenkomst. Er zijn drie kandidaten: Anja Prins (wethouder in Apeldoorn), Leon Meijer (wethouder Ede) en Jurgen van Houdt (wethouder in Enschede).

Hieronder zijn de drie majeure opgaven beknopt beschreven. Van de groep die het thema Kansengelijkheid heeft opgepakt komt nog uitgebreider verslag.

Herstellen bestaanszekerheid

Korte termijn

Wat

  • Stadjerspas voor minima
  • Buddytrajecten
  • Vergroten groep minimaregelingen (grens opgerekt van 110 naar 130)
  • Energietoeslag
  • Inzet callcenter Vroegsignalering Schuldhulpverlening
  • Top 20 huishoudens hoge zorguitgaven, vroegsignalering, doorbraakmethode

Hoe (werkende bestanddelen)

  • Bestuurlijk lef, leiderschap, partnerschap
  • Inner circle ambassadeurs, vanuit eigen cultuur en gemeenschap
  • Met incidenteel geld inzetten op structurele multipliers

Lange termijn

Wat

  • Mensen helpen richting zelfstandigheid
  • Afstand arbeidsmarkt verkleinen
  • Passende en betaalbare huisvesting
  • Balans vragers en dragers in de wijk

Hoe

  • Extra inzet jongeren / statushouders
  • Vergroten groep minimaregelingen (grens opgerekt van 110 naar 130) (ook voor langere termijn dus)
  • Doorstroomagenda met woningcorporaties
  • Inzet op diversificaties

Gezond leven mogelijk maken

 Trefwoorden: preventieve gezondheid, leefstijl, positieve gezondheid

Korte termijn:

  • Specifieke aandacht voor gezond ouder worden
       Stedelijke ontwikkeling en sociaal beleid gericht op de 3e levensfase
       Vitaliteit, wonen en zorg / voorzieningen passend bij vergrijzing
       Binnen de zorg nadenken over arbeidsmarktprobleem in relatie tot vergrijzing
       Inwoners coachen naar meer passend (kleiner en levensloopbestendig) wonen
  • Specifieke aandacht voor mentale gezondheid 0 – 100 jaar,  nav corona groot probleem onder jongeren
  • Specifieke aandacht voor gezondheidsverschillen lage SES
  • Aandacht voor onbegrip bij professionals voor de 'struggle' van inwoners, zeker bij inkomensproblemen en/of cultuurproblemen.
    Er is een grote afstand tussen achtergrond professional en de inwoner, je kunt je niet goed in de inwoner verplaatsen.
  • Zoeken naar hefbomen, pub een uur eerder dicht, suikertax, maak gezonder leven / gezonder eten ook letterlijk makkelijker

Lange termijn

  • Aandacht voor gezondheid bij maatregelen klimaat, woningbouw, inrichting van de ruimte en werkgelegenheid.
  • Dilemma persoonlijk belang en collectief belang, bijv autoluwe binnenstad versus wel je eigen parkeerplek willen voor de deur
  • Omgevingswet, welke kansen kunnen we benutten

Kansengelijkheid bevorderen. 

In deze groep wilden deelnemers direct een aantal onderwijs gerelateerde thema’s naar voren brengen:  

  • VVE, 0-4 jaar
  • Kwetsbare momenten; overgangen
  • Passend onderwijs
  • IKC/brede scholen via onderwijshuisvesting (met lobbypunt om daar financiën voor te regelen)

Deelnemers wilden graag kennis en ervaringen uitwisselen en verdiepen op onderwerpen en daarmee van elkaar leren. Ook geïnspireerd worden was van belang. Daarom werden ook flink wat namen genoemd van mogelijke sprekers/gasten.

Tot slot
Een mooie opbrengst! Tot slot is gesproken over het vereiste samenspel met de VNG en met maatschappelijke partners. Belangrijkste boodschap is bij elk vraagstuk goed aan de orde te hebben ‘wie welke kastanje uit het vuur haalt’. De VNG is logischerwijs eerste onderhandelaar met het Rijk.  De G40 (centrum-) steden kunnen een bijzondere positie innemen door vanuit de praktijk in de steden en hoe inwoners deze praktijk ervaren en benutten de – nieuwe - argumenten te ontlenen voor meer samenhang en betere voorwaarden om de opgaven in ons land aan te pakken.